Ditt sökord i Svenska ordbok
Stavningskontroll på

Topplista - Nederländsk-Svenskt Index

Lista över mest använda ord eller fraser

401. helemaal niet
402. kunt u
403. laat het
404. bij één
405. nog wel
406. nee nee
407. ik vraag
408. het doen
409. net zo
410. wel wat
411. wat moet
412. doen we
413. het wordt
414. naar buiten
415. klaar voor
416. nog iets
417. het beste
418. niet als
419. zeg het
420. zei je
421. vind het
422. toen je
423. met ons
424. die is
425. wat ben
426. hoe kan
427. eén dag
428. een dag
429. je leven
430. bij mij
431. het moet
432. voel me
433. ik hoorde
434. wat als
435. 't is
436. bedankt voor
437. een ander
438. hoe lang
439. zoals ik
440. een soort
441. denk niet
442. van jullie
443. ik krijg
444. hoe ik
445. hij moet
446. de kinderen
447. kom hier
448. ik vond
449. iemand anders
450. of een
451. of zo
452. zijn dat
453. ga niet
454. hou op
455. omdat hij
456. de dag
457. ga maar
458. naar beneden
459. iets anders
460. er in
461. na de
462. nog wat
463. in haar
464. hebt u
465. kijk eens
466. is dood
467. de gevangenis
468. alles is
469. zo snel
470. hij gaat
471. degene die
472. zijn jullie
473. heel erg
474. te weten
475. hebben jullie
476. ze willen
477. ons niet
478. jij niet
479. van plan
480. oké ik
481. dan niet
482. te pakken
483. ja het
484. ik bel
485. zie ik
486. hulp nodig
487. waar zijn
488. heel goed
489. héél goed
490. dan ik
491. laat hem
492. maar nu
493. ik word
494. je krijgt
495. jij ook
496. hier weg
497. betekent dat
498. en dit
499. weet u
500. iets wat
501. m'n vader
502. niet erg
503. eén kind
504. een kind
505. toen hij
506. vertel me
507. en niet
508. hoor je
509. omdat ze
510. dit zijn
511. een ding
512. eén ding
513. nog maar
514. mijn vrouw
515. zei ik
516. en zo
517. op haar
518. mijn zoon
519. niet nodig
520. wel goed
521. een vriend
522. dat ook
523. wie ik
524. wat jij
525. we waren
526. die man
527. doen wat
528. ik hoor
529. u heeft
530. bij ons
531. nou ik
532. om haar
533. wat de
534. dat wel
535. de president
536. maar dit
537. u hebt
538. maar jij
539. op deze
540. het ziekenhuis
541. het heeft
542. aan mij
543. dacht je
544. hier in
545. u moet
546. geen tijd
547. de zaak
548. tegen je
549. beter dan
550. een uur
551. eén uur
552. dacht ik
553. wie heeft
554. goed ik
555. niet één
556. niet een
557. en hoe
558. met rust
559. eén meisje
560. een meisje
561. wel eens
562. de grote
563. dat klopt
564. ik vroeg
565. een echte
566. is niets
567. een probleem
568. eén probleem
569. we komen
570. die niet
571. hij komt
572. elke dag
573. ze zullen
574. hoeft niet
575. dat ding
576. je hoofd
577. wat heeft
578. daar niet
579. was hij
580. is waar
581. eén kans
582. een kans
583. waarom ik
584. er zit
585. echt waar
586. ik blijf
587. ik sta
588. ik dan
589. bij elkaar
590. mijn naam
591. wat was
592. ik kwam
593. hoe weet
594. de naam
595. wat doen
596. ga weg
597. wat gebeurt
598. iets van
599. nee maar
600. of hij
601. sorry ik
602. naar mij
603. de fbi
604. ik werk
605. ik ging
606. het om
607. zou kunnen
608. alles in
609. ik deed
610. ook al
611. niet terug
612. van dit
613. bij jou
614. als jullie
615. en daar
616. is gebeurd
617. naar bed
618. je zegt
619. dat betekent
620. kom maar
621. dit was
622. moet gaan
623. en in
624. schiet op
625. zo lang
626. alsof ik
627. wat dan
628. toch wel
629. de nieuwe
630. ja en
631. doet het
632. niet zomaar
633. dit moment
634. u kunt
635. help me
636. de juiste
637. om ons
638. van hen
639. nee je
640. je mond
641. dat gaat
642. wat bedoel
643. m'n moeder
644. de toekomst
645. de telefoon
646. dat alles
647. hoe dan
648. ik nooit
649. niet genoeg
650. niets van
651. wat u
652. de meeste
653. zo veel
654. een mooie
655. ze had
656. de oorlog
657. jij moet
658. o ja
659. het einde
660. ze gaan
661. kom mee
662. hier om
663. een tijdje
664. nog geen
665. zul je
666. en haar
667. naar boven
668. wij hebben
669. gewoon niet
670. ik haat
671. met wie
672. voor wat
673. wist je
674. rustig aan
675. de lucht
676. eén jaar
677. een jaar
678. weten we
679. laat mij
680. eerste keer
681. om mij
682. je komt
683. niet bang
684. laat maar
685. wat doet
686. alleen een
687. we zouden
688. omdat het
689. je broer
690. een kleine
691. als dit
692. hij zegt
693. je vrouw
694. niet zeggen
695. ze zei
696. het water
697. aan jou
698. het probleem
699. ze wil
700. geen probleem
701. ik zoek
702. voor jullie
703. iets met
704. geloof me
705. bij hem
706. nodig hebben
707. om jou
708. en u
709. luister ik
710. zij is
711. de baas
712. kan dat
713. hij wilde
714. hij zit
715. mijn broer
716. je maakt
717. goed idee
718. begrijp je
719. op school
720. niets meer
721. jij gaat
722. die vent
723. zit je
724. te blijven
725. ik wat
726. waarom niet
727. de vrouw
728. nu de
729. zag je
730. eén manier
731. een manier
732. jij hier
733. een week
734. eén week
735. ik ik
736. ik werd
737. met deze
738. maar dan
739. mijn vriend
740. het land
741. je wordt
742. ze zeggen
743. zeker van
744. mag niet
745. de hel
746. de anderen
747. nee niet
748. ga zitten
749. ze waren
750. laat ze
751. geloof dat
752. op mij
753. goed gedaan
754. nee hij
755. de baby
756. de dokter
757. de koning
758. de verkeerde
759. met u
760. begrijp het
761. weer een
762. weer één
763. van wat
764. goed dan
765. het begin
766. zeg ik
767. zou hij
768. misschien één
769. misschien een
770. ze komen
771. deze man
772. tot ziens
773. ze kan
774. wat zou
775. er staat
776. goed zo
777. paar dagen
778. bij haar
779. een stuk
780. mee bezig
781. er voor
782. wil jij
783. op hem
784. wordt het
785. zoals jij
786. weet jij
787. het meisje
788. dus we
789. op weg
790. kan hij
791. jou niet
792. het laatste
793. van wie
794. alleen dat
795. pas op
796. je wilde
797. deze keer
798. andere kant
799. dan wel
800. m'n leven
+159000
Ordbetydelse
26
Översättningsspråket
523000000
Exempel meningar